Signalen 101
R. Sollie-Sleijster
04-04-20
GKV en NGK vergaderen digitaal verder
RD 31-3-2020
Vanwege de coronacrisis vergaderen de generale synode van de GKv en de landelijke vergadering van de NGK de komende weken digitaal verder. De drie clusters afgevaardigden gaan onderwerpen bespreken aan de hand van rapporten van deputaatschappen en commissies. Het gaat bijvoorbeeld over dovenpastoraat, de TUK en financiële ondersteuning van missionaire projecten en noodlijdende gemeenten. Hoe vervolgens verder vergaderd zal worden is nog in beraad.
Kerkorde versus Bijbel?
Nader Bekeken – maart 2020
Ds. Perry Storm haalt in zijn Persschouw prof. dr. H.J. Selderhuis aan. De professor schrijft in De Wekker (31-1-2020) onder het kopje ‘Recht en hermeneutiek’ over de redenering dat je je niet aan kerkelijke afspraken zou hoeven te houden als je meent dat je afwijkende opstelling ook op de Bijbel is te gronden. Ds. Storm acht het geschrevene net zo actueel en toepasbaar op de GKv of haar fusiepartner de NGK.
Dr. Selderhuis vraagt zich af of de nieuwe hermeneutiek nu ook het kerkrecht heeft bereikt. Staat er wel wat er staat of wordt er iets anders bedoeld? Die nieuwe kerkrechtelijke hermeneutiek construeert een tegenstelling tussen Schrift en kerkorde. Het verschijnsel is in feite al eeuwen oud. Er wordt gezegd: ik wijk wel af van de kerkorde, maar ik doe niet iets wat tegen de Bijbel ingaat.
Ook de classis Haarlem constateert bijv. dat een gemeente die de vrouw in het ambt bevestigt van de kerkorde afwijkt, maar geen principieel Bijbelse regel overtreedt. Maar al zou dit zo zijn, dan nog is het een uiterst riskante benadering, want het suggereert dat de kerkorde en de Bijbel elkaar kunnen tegenspreken. En dan moet je natuurlijk voor de Bijbel kiezen.
Toch kan dit knap vervelend worden volgens de hoogleraar, want
‘Veronderstel dat deputaten emeritikas zo met kerkelijke afspraken om zouden gaan! Waar in de Bijbel staat trouwens dat er een emeritikas moet zijn? De classis Haarlem zal zeker die kant niet op willen, maar als dit de benadering gaat worden, wordt het rap een puinhoop in de kerk zoals dat ook het geval is als in een gezin, in een bedrijf, in een samenleving gedoogd gaat worden dat mensen zo met afspraken, wetten en regels omgaan. In feite gaat het om een doperse benadering. De dopers vonden kerkelijke regels maar uitwendig, dingen van de buitenkant. Het ging toch om het innerlijke, om wat de Geest in je binnenste zegt. Dit eindigde daarmee dat vele dopers zelfs de Bijbel als puur uiterlijk zagen. Een ‘papieren paus’ werd Gods Woord genoemd. Een Bijbeltekst zegt niets, want het gaat om de stem van God die je in je hart hoort. Toen bleek dat ieder daarbij iets anders hoorde, viel de doperse boel uiteen.’
Maar in de Bijbel vinden we die tegenstelling tussen wet en evangelie niet, zo vervolgt Selderhuis, immers
‘Wet en recht zijn inherent aan het Evangelie. Genade wordt door recht verkregen. Christus’ dood voldoet aan de eis van Gods recht en het begrip verzoening is van juridisch gehalte. Rechtvaardiging en recht hebben alles met elkaar te maken.’
We vinden heldere en bindende regels voor het kerk-zijn in het Nieuwe Testament. Het kan zijn dat we bij onze kerkelijke besluiten die helderheid soms niet terugvinden. Zijn er niet inderdaad besluiten die voor tweeërlei uitleg vatbaar zijn? Daar ligt volgens de hoogleraar de taak om voor een duidelijke kerkorde te zorgen, zodat nieuwe noch oude hermeneutiek nodig zijn om te kunnen begrijpen wat er staat.
Prof. W. de Vries: Theïstische evolutieleer zet deur open naar vrijzinnigheid
RD 20-2-2020
Het idee dat God heeft geschapen door evolutie verslaat zijn duizenden.
Prof. dr. ir. Wim de Vries (hoogleraar milieusysteemanalyse – Wageningen) is ernstig verontrust door het feit dat we binnen één generatie helemaal zijn afgegleden naar theïstisch evolutionisme. Dit vindt ook plaats binnen de rechterflank van de gereformeerde gezindte, al gebeurt het daar meer onderhuids. Waar hij van schrok was dat bij een lezing over geloof en wetenschap sommigen veel minder kritisch bleken te staan tegenover de theïstische evolutie dan hij dacht. Er was zelfs een theoloog die stelde dat de bezwaren aan het begin van de vorige eeuw vooral uit fundamentalistische en chiliastische kring kwamen.
Hoe zit dat, zo vroeg de hoogleraar zich af. Orthodoxe theologen als Chalmers, Spurgeon en Bavinck hadden inderdaad een open houding naar een hoge ouderdom van de aarde. De theïstische evolutiegedachte gaat uit van het idee dat God alle leven op aarde via evolutie van eencellige tot mens heeft geschapen in een miljarden jaren durend proces van lijden en dood voor de zondeval. Maar daar gingen deze theologen absoluut niet van uit, zo bleek uit zijn onderzoek hiernaar.
Naar aanleiding van het boek ‘En de aarde bracht voort’ van prof. dr. Gijsbert van den Brink organiseerde de commissie opleiding en vorming van de Hersteld Hervormde Kerk een lezingencyclus over schepping en evolutie. Sprekers waren dr. Wim de Vries, samen met zijn broer, dr. P. de Vries en de Delftse hoogleraar christelijke filosofie prof. dr. M.J. de Vries. Uit deze drie verder uitgewerkte lezingen is het boek ‘Woord en Wetenschap’ voortgekomen, dat onlangs verscheen bij uitgeverij Labarum in Apeldoorn.
Op de vraag wat wetenschap is, antwoordt de hoogleraar:
“Je zou wetenschap kunnen omschrijven als systematisch verkregen, geordende en verifieerbare menselijke kennis en de regels waarmee deze kennis verkregen kan worden. (-) Het onderscheid tussen wat wetenschap is en wat niet, wordt mede bepaald in discussies tussen wetenschappers. Behalve de waarnemingen spelen ook menselijke en sociale factoren een grote rol. Zo bestaan in de wetenschap paradigma’s, heersende denkkaders, zoals de evolutietheorie.”
De evolutietheorie is op bepaalde feiten gebaseerd, bijvoorbeeld dat soorten zich kunnen aanpassen en dat DNA van veel diersoorten sterk overeenkomt met dat van apen en mensen. Maar naast de feiten hebben we te maken met interpretatie van die feiten. De gangbare interpretatie is dat de feiten het bewijs zijn dat de mens en alle leven op aarde uiteindelijk uit een eencellig organisme voortkomen. Maar er bestaan ook veel waarnemingen die daar tegen ingaan. Mensen delen bijvoorbeeld 96 procent van hun DNA met apen, maar ook 88 procent met muizen, terwijl mensen volgens de evolutietheorie niet van muizen afstammen. Ook is een probleem dat in de aardlagen vrijwel alle overgangsvormen tussen de fossiele soorten ontbreken. Het maakt de evolutiehypothese wetenschappelijk gezien nogal problematisch.
Waarom zeggen hoogopgeleiden de kerk vaarwel vanwege de evolutietheorie? De Vries ziet dit niet in zijn naaste omgeving, maar hoort er wel over. Hij vermoedt
“dat de evolutietheorie bij dergelijke hoogopgeleiden aansluit bij hun seculiere levensgevoel. Als dit levensgevoel al niet spoort met de Bijbel, komen dergelijke ideeën sneller binnen. Ze geven dan een intellectuele basis aan twijfels over het Godsbestaan.”
Het theïstisch-evolutionisme tast het Schriftgezag aan en het Bijbelse principe van Schrift met Schrift vergelijken. Zo zet het de deur open naar vrijzinnigheid.
De Vries wil daarom oproepen om
“vast te houden aan het gezag van de Schrift en de Bijbelse boodschap van zonde en genade. De Bijbel is volstrekt helder over de goede schepping, de staat der rechtheid, de zondeval, de verzoening door Christus en de staat der heerlijkheid.”