Ontwikkelingen in de GKv – 6/2
D.J. Bolt
19-12-22
Als er veel verschuift in de leer zal dat ongetwijfeld ook zijn weerslag hebben op het belijden t.a.v. geloof ondersteunende middelen en het beleven daarvan. We zien dat onder meer in de ontwikkelingen rond het Heilig Avondmaal en de tucht.
Sacramenten 1
GKv Kerkbode van het Noorden, 5 november 2022
Bedrijfsrecherche Hoffman adverteert met de slogan: Vertrouwen is goed, maar Hofmann is beter. Mooi gevonden. Het heeft kennelijk ds. W.L. de Graaff geïnspireerd tot het omgekeerde daarvan.
Waar gaat het om?
De predikant schrijft met enige dedain over het vroegere gebruik in de GKV van de zgn. 'avondmaalsbriefjes', een attestatie waarmee iemand toegang kon vragen tot de viering van het Avondmaal in een andere gemeente. De attestatie vermeldde dat iemand 'lid in volle rechten' van zijn thuisgemeente was en dat er dus geen bezwaar tegen deelneming aan de viering bestond. En ook werd er na een viering door de ambtsdragers nagegaan wie zij hadden gemist aan de 'maaltijd van de Heere'.
Maar met onverholen genoegen constateert ds. De Graaff dat er nu 'meer nadruk op de eigen verantwoordelijkheid' is komen te liggen. Want 'controleren is goed, maar vertrouwen is beter', varieert hij de slogan. En dat is ook helemaal in lijn met de nieuwe kerkorde van NeGK waarin allerlei zaken maar overgelaten worden aan individuele beoordelingen.
De dominee probeert dit ook theologisch te onderbouwen. Want volgens hem 'stelt de verlossing door Jezus Christus ons vandaag nog meer in staat om vol vertrouwen op God te leven. God is geen 'Baas' die ons voortdurend op de vingers kijkt en er zo nodig op tikt. God is een Vader die de Heilige Geest en vertrouwen aan ons geeft: toe maar, ga leven en werken, al zal het met vallen en opstaan gaan. Maar dat geeft niet want ik ben er om je op te vangen.'
Tja, zou het ook niet te maken hebben met de tijdgeest die Bijbels toezicht belachelijk vindt? Die lak heeft aan opzicht en tucht? En zou het ook niet verband kunnen houden met gebrek aan pastorale herderlijke zorg voor de schapen? Herders die niet meer beseffen waarvoor ze zijn aangesteld en wat hun taak is (zie onder Tucht)?
Sacramenten 2
GKv Kerkbode van het Midden, 4 februari 2022
Mevr. A.M. Pathuis, inmiddels de tweede domina in de GKv, stelt in een artikel de vraag of mensen misschien ook thuis het Avondmaal kunnen vieren. Die vraag werd urgent in coronatijd.
Pathuis lijkt daar geen probleem mee te hebben. Immers, zo redeneert ze, 'het gebeurt al jaren door zieke en oudere gelovigen'. Maar op z'n minst is er dan toch sprake van een dienst die 'online' mee kan worden beleefd? En is er, zo weten we uit ervaring, een ambtsdrager 'offline' bij aanwezig.
Maar niet nodig, oordeelt Pathuis: 'het hoeft volgens mij ook niet altijd in de context van een (online) dienst'. Dus een soort 'privé viering', om zo te zeggen, zou ook kunnen.
Wel erkent Pathuis dat het in de viering óók gaat om verhoudingen tussen gelovigen onderling. Maar constateert ze:
'Vroeger was het censura morum gebruikelijk, waarbij de kerkenraad eventueel ingekomen bezwaren over leer of leven van gemeenteleden of ambtsdragers behandelde, in de aanloop naar de viering van het avondmaal. In sommige protestantse kerken gebeurt zoiets nog steeds: gemeenteleden worden in de week voor het avondmaal opgeroepen om na te gaan of er nog iets tussen hen en een broeder of zuster in staat, en om naar verzoening te streven.'
'Vroeger', in het vermaledijde 'ware-kerk-tijdperk' van de vrijgemaakten. Nú gaan we er grootmoedig van uit dat 'controleren goed is, maar vertrouwen beter'.
Sacramenten 3
ND, 14 november 2022
In de definitieve kerkordetekst van de NeGK wordt uitgesproken dat 'de kerkenraad eraan hecht dat doopleden openbare geloofsbelijdenis doen' en dat de kerkenraad ‘bevordert dat elke gedoopte toegroeit naar openbare belijdenis van zijn geloof’.
Mooi, maar dat is toch eigenlijk vanzelfsprekend? Nee, dat is het niet in deze nieuwe kerk want in de nieuwe kerkorde is openbare geloofsbelijdenis geen voorwaarde meer om aan het avondmaal deel te mogen nemen.
Ieder die aan wil gaan, wat hij ook gelooft en waarin hij gelooft, is dus welkom aan het avondmaal dat deze kerk aanricht. Maar zou het dan niet eerlijk zijn om de 'G' uit de kerknaam te verwijderen? Misschien vervangen door de 'P' van protestants?
Sacramenten 4
Kerkbode van het Midden, 18 maart 2022
Volkskerk of belijdende kerk
Helemaal in lijn met de geschetste ontwikkelingen is natuurlijk dat er nu ook geen belemmeringen meer zijn om kinderen aan dit avondmaal toe te laten. Immers, de toegang is vrij voor iedereen en wordt niet beperkt door wat geloofd of niet geloofd wordt.
Jac. de Groot schrijft erover in de vrijgemaakte middenlandse kerkbode. Hij laat zien dat gereformeerde kerken de lijn van Calvijn volgen: kerkelijke tucht vindt plaats onder toezicht van de kerkenraad om zo de Avondmaalstafel toegankelijk te houden voor lidmaten die belijdenis hebben gedaan. Zo wordt de belijdende kant van de kerk zichtbaar: alleen lidmaten van de gereformeerde kerk ter plaatse, of van buiten met een attest, konden aan de viering deelnemen.
Maar hoe kun je dan kinderen aan het Avondmaal toelaten? De Groots redenering is dat de verantwoordelijkheid voor het jonge kind te allen tijde bij zijn ouders ligt . De kinderen zijn geheiligd in hun gelovige ouders (1Kor.7:l4). Op grond van het geloof van de ouders worden de kinderen gedoopt. Totdat de kinderen in staat zijn zelf een onderscheid te maken tussen goed en kwaad, 'dragen de ouders als het ware het geloof van het kind mee'. Als de ouders zichzelf toetsen, kunnen zij ook daarin hun kinderen meenemen. Kinderen nemen deel omdat de ouders geloven. En na het bereiken van geestelijke volwassenheid draagt het daarvoor zijn eigen verantwoordelijkheid.
De schrijver lijkt ook wel te voelen dat er hier het een en ander wringt. Want, erkent ook hij, dat Christus het avondmaal aan zichzelf verbonden en aan zijn gelovigen gegeven. Persoonlijk geloof in Christus is daarmee het criterium. Maar geen nood, volgens De Groot kan dat ook wel blijken als kinderen 'bijvoorbeeld uit vrije wil naar de kerk gaan en Jezus willen liefhebben en Hem volgen'. Dan is er geen belemmering. Wél als 'je ouders je verplichten naar de kerk te gaan, en je ongeïnteresseerd zit in de diensten. Dan is het verstandig om niet aan te gaan.'
En dus, bezweert De Groot, we zijn zo nog steeds een belijdende- en geen volkskerk want, zie maar, we gaan in geloof en met onze kinderen aan de hand naar het avondmaal. Zei Christus ook al niet: 'Laat de kinderen tot Mij komen'?
Geen toezicht, geen geloofsbelijdenis, geen instemming met de Schrift als beleden in de confessies – en dan toch een belijdende kerk…?
Tussen haakjes, kleine kinderen worden niet gedoopt op grond van het geloof van hun ouders maar omdat 'ze evengoed als de volwassenen bij Gods verbond en bij zijn gemeente behoren' en dat ook hun 'door het bloed van Christus, verlossing van de zonden en de Heilige Geest, die door het geloof werkt, wordt beloofd (HC v/a 74).
Dat is even anders. Of behoort ook dát niet meer tot de belijdenis van De Groots nieuwe kerk?
Sacramenten 5
Eens sprak prof.dr. M. te Velde op een vergadering te Drachten met verheffing van stem en keek dreigend de kring van toehoorders rond wie het zou wagen hem tegen te spreken:
'Wie vandaag in Nederland beweert dat de vrijgemaakte kerk Open Avondmaal heeft die lástert. Dat is gewoon láster.' [1]
Ach, dat was eind 2006. Toen werd er ergens nog enigszins instemming met de gereformeerde leer van de Schrift gewenst. Maar nu
Open avondmaal.
Nu wel dus.
Tucht 1
GKv Kerkbode van het Midden, 27 mei 2022
De catechisanten van mevr. A.M. Pathuis, zoals eerder aangegeven inmiddels GKv domina, weten niet wat 'tucht' betekent. Daarom heeft ze uitgelegd hoe het 'vooral vroeger' werkte. Maar haar leerlingen vonden het niet meer 'van deze tijd!' Iedereen mag toch zelf weten hoe hij of zij zijn leven inricht en denkt, zie boven, over de sacramenten.
Da Pathuis blijkt de Heidelbergse Catechismus te kennen en citeert dat
'de christelijke kerk verplicht is volgens het bevel van Christus en van zijn apostelen allen die zich als ongelovigen doen kennen, door de sleutels van het koninkrijk der hemelen buiten te sluiten, totdat zij hun leven beteren' (HC antw. 82).
En, herinnert ze zich, die sleutels zijn de evangelieverkondiging en kerkelijke tucht. In de NGB (art. 29) is de tucht zelfs één van de kenmerken waaraan je de ware kerk kunt herkennen.
Maar Pathuis kan zich de reactie van haar catechisanten goed begrijpen, 'want de tucht klinkt best heftig', en zoals de Catechismus daarover spreekt, nou, daar 'is toch nog wel iets op aan te merken': zulke 'strenge woorden en zo'n hard oordeel over een medegelovige'! Daarmee heeft 'de tucht nu nog een sfeer van oordeel om zich heen, en een oordeel zal weinig mensen ertoe bewegen om hun leven van harte te verbeteren.'
Hoe moet dit dan beter volgens deze kersverse vrijgemaakte domina?
'Een stelregel bij een moderne vorm van tucht zou daarom moeten zijn: c'est le ton qui fait la musique – het is de toon die de muziek maakt. In plaats van veroordelend aanspreken van anderen op hun gedrag en overtuigingen, zou tucht er mijns inziens uit moeten zien als een liefdevol en wederzijds bevragen op dat wat de ander en jezelf helpt om de weg van koninkrijk te bewandelen.'
En om dit in de praktijk gestalte te geven zou ze het 'mooie en relatief nieuwe concept van een 'accountability-partner' of 'aanspreekbaarheids-maatje'' willen invoeren. Want wat zou het 'mooi zijn als iedere gelovige een maatje, of een groep van maatjes in bijv, een (bijbel)kring, om zich heen zou verzamelen, vanuit het verlangen om de goede weg van het koninkrijk te gaan.'
Tussen haakjes, we begrijpen uit allerlei signalen dat het 'concept bijbelkringen' niet meer zo goed werkt, achterhaald lijkt.
Maar belangrijker, wat is hier overgebleven van Christus' opdracht om tucht te oefenen, als bijvoorbeeld in Mat. 18:15-19?:
Maar als uw broeder tegen u gezondigd heeft, ga naar hem toe en wijs hem terecht tussen u en hem alleen; als hij naar u luistert, hebt u uw broeder gewonnen.
Maar als hij niet naar u luistert, neem er dan nog een of twee met u mee,
opdat in de mond van twee of drie getuigen elk woord vaststaat.
Als hij niet naar hen luistert, zeg het dan tegen de gemeente.
En als hij ook niet naar de gemeente luistert, laat hij dan voor u als de heiden en de tollenaar zijn.
Voorwaar, Ik zeg u: Alles wat u op de aarde bindt, zal in de hemel gebonden zijn; en alles wat u op de aarde ontbindt, zal in de hemel ontbonden zijn.
'
Nogal 'hard' en 'heftig'.
En vast niet meer 'van deze tijd'.
Maar toch wel Christus' opdracht.
Tucht 2
GKv Kerkbode van het Noorden, 2 april 2022
Hoe verstrekkend de koerswijziging van de GKv ook op het punt van de tucht is, toont een artikel van ds. W.L. de Graaff met de titel Vaarwel, GKv!
Daarin besteedt hij aandacht aan de 'drastische veranderingen' in zijn kerken en die nog meer manifest zullen worden in de fusiekerk NeGK. Van de onderwerpen waarmee hij dat illustreert lichten we hier nu alleen het punt tucht uit, we hopen later meer aandacht aan zijn verhaal te geven.
De Graaff constateert dat er in de nieuwe kerk zoveel mogelijk vrijheid aan de plaatselijke kerken wordt gelaten waar het kan. De diversiteit van de kerken en de gelovigen heeft een eigen plek gekregen in de Kerkorde.'
En inderdaad heeft er zich een revolutionaire omwenteling voltrokken: 'voor de eerste twee/drie generaties van na de Vrijmaking vormde de kerk het uitgangspunt voor de rest van hun leven. Voor de nieuwe generaties vormt de wereld het uitgangspunt voor hun leven en de kerk hoort daar niet meer vanzelfsprekend bij'…!
En dat heeft ingrijpende consequenties op tal van zaken. In de visie op de vrouw en de ambten, op homoseksuele relaties en op het ontstaan van de wereld. En de zondag als rustdag met een dubbele kerkgang, al tijden finito. Maar ook t.a.v. de kinderdoop groeien de verschillen, de formulieren met hun argumenten voldoen niet meer, zo signaleert De Graaff.
Enzovoort, enzovoort.
Het gaat er nú om, volgens deze dominee, 'dat we elkaar als christenen mogen herkennen. Maar dat de manier waarop we ons christelijke geloof in de praktijk brengen heel verschillend kan zijn.' Ja, praat hij ene ds. H.A. Visser na, 'geloven is niet een zaak van standpunten innemen maar van het gaan van een weg'.
Tja, ieder mag nu geloven wat goed is in eigen ogen en fijn voelt in eigen hart. En waag het dan niet om dit te veroordelen, zie Tucht 1. Er is immers ook geen gemeenschappelijk geloof meer. Ja, herkenning, maar waarop? Op religieuze gevoelens? Op 'aardig zijn voor elkaar' misschien?
'
Ds. De Graaff maakt de titel Vaarwel, GKv! meer dan waar. De kerken waarin de Schriftuurlijke tucht onderling en door ambtsdragers werd beoefend tot behoud van de zondaar, is niet meer. En daarmee is ook het predicaat Kerk van Christus naar onze gereformeerde belijdenis vervallen.
Tot ons diepe verdriet!
Het heeft grote gevolgen.
Daar willen we de volgende keer verder aandacht aan geven.
Wordt vervolgd